Minder dan € 100
Alleen een bon is genoeg
Vanaf 1 januari 2013 gelden er in de hele EU dezelfde factureringsregels. Bij bedragen onder de € 100 (incl. BTW) mag je werken met een vereenvoudigde factuur.
In de praktijk komt het erop neer dat je geen officiële factuur meer nodig hebt, een kassabon is in de meeste gevallen genoeg. Het volgende moet er in elk geval op staan:
- De factuurdatum
- De naw-gegevens van de verkoper/levering van de dienst
- De aard van de geleverde goederen/verrichte diensten
- Het totale BTW-bedrag
- In geval van een correctiefactuur een verwijzing naar de oorspronkelijke factuur.
Zorg wel dat je kunt bewijzen dat je betaald hebt, dit kun je heel gemakkelijk doen door te pinnen.
De nieuwe EU factureringsregels
Bij bedragen boven de € 100 heb je wel te maken met de officiële factureringsregels. Check hieronder of jouw facturen aan de nieuwe EU-regels voldoen:
- Factuurdatum
- Opeenvolgend factuurnummer (meerdere reeksen mag)
- BTW-identificatienummer van de leverancier/dienstverrichter
- BTW-identificatienummer van de afnemer indien een verleggingsregeling van toepassing is of een intracommunautaire levering wordt verricht
- Naw-gegevens van de leverancier en van de afnemer
- De hoeveelheid en een duidelijke omschrijving van de geleverde goederen of diensten
- Datum waarop de levering of de dienst heeft plaatsgevonden
- De maatstaf van heffing voor elk tarief of elke vrijstelling, de eenheidsprijs exclusief BTW, evenals de eventuele vooruitbetalingkortingen en andere kortingen indien die niet in de eenheidsprijs zijn begrepen
- Het toegepaste BTW-tarief
- Het te betalen BTW-bedrag
- Indien een verleggingsregeling van toepassing is de vermelding “BTW verlegd” Indien van toepassing een verwijzing naar de vrijstelling of intracommunautaire levering
- Gegevens over het vervoermiddel (nieuw of gebruikt) Er is sprake van een nieuw vervoermiddel als na de eerste ingebruikname van het vervoermiddel niet meer dan zes maanden zijn verstreken of als het vervoermiddel ten hoogste 6.000 km heeft afgelegd. Bij de levering van een nieuw vervoermiddel aan een afnemer in een ander EU-lidstaat geldt een bijzondere regeling. De levering van het nieuwe vervoermiddel valt altijd onder het nultarief en de koper is in eigen land BTW verschuldigd. Dit geldt ook zo als de koper en verkoper particulieren zijn. De verkoper, die particulier is, wordt dan als ondernemer voor de BTW aangemerkt. Bij de intracommunautaire levering van een nieuw vervoermiddel moet de leverancier altijd een factuur uitreiken. Op die factuur moeten de gegevens worden vermeld die nodig zijn om te bepalen of een vervoermiddel nieuw is. Uit de factuur moet blijken dat na de eerste ingebruikname van het vervoermiddel niet meer dan zes maanden zijn verstreken of uit de factuur moet blijken dat het vervoermiddel ten hoogste 6.000 km heeft afgelegd.
- Indien de afnemer de factuur uitreikt in plaats van de leverancier of dienstverrichter, de vermelding “factuur uitgereikt door afnemer
- Indien van toepassing de vermelding “Bijzondere regeling – gebruikte goederen” of “Bijzondere regeling – kunstvoorwerpen” of ”Bijzondere regeling – voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten”
- Indien van toepassing de naw-gegevens en het BTW-identificatienummer van de fiscaal vertegenwoordiger
- Indien van toepassing de vermelding “bijzondere regeling reisbureaus”.
- Indien het factuurbedrag niet hoger is dan € 100 (inclusief BTW) of het een aanvullend document is op een eerdere factuur, die duidelijk verwijst naar de eerdere factuur, gelden beperktere voorwaarden. Op de factuur moet dan de naw-gegevens van de leverancier staan en hetgeen hiervoor is genoemd bij sub 1,6 en 10 (of in plaats van 10, de gegevens aan de hand waarvan het BTW bedrag kan worden berekend). Deze regeling geldt niet voor intracommunautaire leveringen of als de leverancier of dienstverrichter in het buitenland is gevestigd.
Succes,
Hans van der Knijff CB